IP-processen revolutioneren met AI
Interview met Daniel Holzner, directeur van ABP PATENT NETWORK GmbH
Al vele decennia wordt ABP PATENT NETWORK GmbH beschouwd als een krachtige dienstverlener in intellectueel eigendomsrecht (IP). Met patentbutler.AI heeft het bedrijf nu een AI-oplossing geïmplementeerd die in de toekomst veel kritieke punten in het patentproces moet revolutioneren. Waarom op de lange termijn een 'human in the loop' nog steeds winstgevend zal zijn, onthulde directeur Daniel Holzner in een interview met Wirtschaftsforum.
Wirtschaftsforum: Meneer Holzner, met 'Active Business Protection' draagt uw bedrijf zijn primaire doelstelling al in de naam - waar ondersteunt u uw klanten precies daarmee?
Daniel Holzner: ABP werd oorspronkelijk opgericht als een klassieke dienstverlener voor patentonderzoek, wat nog steeds een belangrijke pijler is van onze zakelijke activiteiten, waarbij we ook verdergaand onderzoek doen op het gebied van intellectueel eigendom, zoals naar merknamen. Inmiddels beheren we echter ook de hernieuwingskosten voor onze klanten, zodat ze hun respectieve beschermingsrechten consequent kunnen handhaven, en bieden we diensten aan zoals de coördinatie van overdracht van beschermingsrechten. Met uptoIP bieden we al lange tijd een softwareoplossing waarmee voornamelijk industriële bedrijven hun intellectuele eigendomsrechten overzichtelijk kunnen beheren.
Wirtschaftsforum: Met de Patent Butler, die u samen met IBM heeft ontwikkeld, doet nu ook Kunstmatige Intelligentie zijn intrede in uw werk. Welke impulsen verwacht u van deze innovatie?
Daniel Holzner: De meerwaarde van onze Patent Butler begint al bij het onderzoekswerk: wereldwijd zijn er meer dan 160 miljoen patentpublicaties die men theoretisch zou moeten doorzoeken om het nieuwheid van een uitvinding te weerleggen of - door de afwezigheid van overeenkomende vondsten - te bevestigen, om zo alle verdere patentregistraties respectievelijk productontwikkelingen gericht aan te pakken.
Veel van de in dit verband noodzakelijke arbeidsstappen, die men vaak als ‘lastig’ zou omschrijven, kan de KI in aanmerkelijk kortere tijd uitvoeren dan een mens, die hiermee de vrijheid krijgt om zich te concentreren op andere kwalitatieve benaderingen. Maar dat is niet het enige perspectief waaruit door de nieuwe mogelijkheden van de KI een belangrijke meerwaarde ontstaat: Wanneer zich in het onderzoek informatie voordoet die tegen de nieuwigheid van de betreffende uitvinding spreekt, kan met behulp van de KI een waardevolle poging worden ondernomen om door slimme varianten geschikte ontbrekende stukken te vinden, die het nastreven van het oorspronkelijke idee onder gewijzigde omstandigheden nog steeds wenselijk maken. Tegelijkertijd speelt gegevensbeveiliging hierbij natuurlijk een speciale rol: Het zou uit ons oogpunt een duidelijke no-go zijn om in de ontdekkingsfase openbaar toegankelijke Large Language Models met gevoelige gegevens te voeden.
Wirtschaftsforum: Zal een 'Human in the Loop' in dit opzicht ook in de toekomst noodzakelijk blijven?
Daniel Holzner: De KI is een krachtig hulpmiddel om ons werk voor onze specialisten te vergemakkelijken, en uiteraard is in de toekomst ook meer digitaal know-how nodig voor onze medewerkers. Toch kan niets het technische inzicht vervangen dat nodig is om de respectievelijke resultaten en innovaties te beoordelen. Afhankelijk van hoe snel de KI-toepassingen zich verder ontwikkelen, kunnen de processen binnen de patentprocedures aanzienlijk verschuiven - aangezien er nu al in de vroege fasen van het patentonderzoek krachtigere instrumenten beschikbaar zijn, kunnen bepaalde aspecten die voorheen vaak pas later in patentprocedures aan de orde kwamen, naar voren worden geschoven.
Het kan nu dus al zinvol zijn om zich al in eerdere stadia van het octrooirecht, maar ook bij het registreren van merken en designs, uitgebreid juridisch te laten adviseren. Andere KI-innovaties die voor de komende jaren voorzienbaar zijn, kunnen intussen een stringentere IP Portfolio Management openen - waarin dan ook een belangrijk concurrentievoordeel voor de Europese industrie in de wereldwijde concurrentie kan liggen.