Zonnebloemolie uit Oekraïne: van het veld direct op het bord
Interview met Hans Karall, directeur van Vimeksim International GmbH
Tot nu toe heeft Vimeksim International GmbH, oorspronkelijk opgericht in Oekraïne, zich voornamelijk beziggehouden met de primaire productie van landbouwgrondstoffen. Een jaar geleden introduceerde het bedrijf onder het merk Vieno uiteindelijk zijn eigen, duurzame zonnebloemolie in een 100% composteerbare verpakking op de markt. Met het Wirtschaftsforum sprak directeur Hans Karall over het nieuwe productaanbod en de verdere betrokkenheid van zijn bedrijf in Oekraïne.
Wirtschaftsforum: Meneer Karall, met de Vieno-zonnebloemolie slaat de Vimeksim GmbH momenteel een nieuwe richting in hun bedrijfsgeschiedenis in. Hoe kwam deze stap tot stand?
Hans Karall: Ons bedrijf werd oorspronkelijk opgericht in Oekraïne en hield zich vele jaren voornamelijk bezig met agrarische grondstoffen. Tot op de dag van vandaag zijn we zeer dicht bij de primaire productie gebleven om altijd aan onze eis te kunnen voldoen om de hele waardeketen 'van Veld tot Vork' te kunnen afbeelden met snelle wegen en een omvattend zicht op het eindproduct. Met Vieno konden we nu de laatste stap zetten naar het afgewerkte consumentenproduct en willen ons daarmee ook buiten de teelt en handel van zonnebloempitten en olievoorproducten op de markt vestigen.
Wirtschaftsforum: Bij de verpakking van uw zonnebloemolie betreedt u eveneens nieuwe wegen.
Hans Karall: Het onderwerp duurzaamheid heeft in ons bedrijf altijd een bijzondere betekenis gehad, waarbij het ons altijd belangrijk was om een holistische blik te houden, die ook voorbij het eigenlijke product ging: Gebaseerd op een studie van de Universiteit van Wenen heeft ons partnerbedrijf vulflessen ontwikkeld die van suiker zijn gemaakt. Deze duurzame PLA- respectievelijk No-Plastic-flessen maken niet alleen het gebruik van plastic overbodig, maar ontbinden zich ook zonder resten binnen vier weken in industrieel compost.
Wirtschaftsforum: Hoe wilt u met Vieno op de markt verschijnen?
Hans Karall: Ons doel is om met ons hoogwaardige product en onze duidelijke houding een sterke naam op de markt op te bouwen. Momenteel bevinden we ons nog in de beginfase van onze communicatie-inspanningen, die we in de nabije toekomst zeker sterk zullen uitbreiden. Daarbij is het voor ons natuurlijk vooral belangrijk om onze gegroeide houding steeds in een inhoudelijke benadering te communiceren en ook hier innovatieve wegen te bewandelen die passen bij onze bedrijfsaanpak: Omdat we overtuigd zijn dat het oog ook wat wil, willen we niet alleen een aantrekkelijke fles met een mooi etiket creëren, maar ook met esthetische communicatie verlangen naar ons product opwekken. Zo geven we momenteel jonge kunstenaressen een platform die voor onze optredens op sociale media beroemde schilderijen naspelen en daarbij ook producten van Vimeksim in hun voorstelling integreren. Daarmee maken we duidelijk dat we altijd alleen te maken hebben met de beste producten die de natuur ons te bieden heeft – en die daarmee zelf kleine kunstwerken zijn. Zo willen we ook consumenten aansporen om met onze oliën samen te eten en een duurzaam samenzijn te genieten, waarin we ook een maatschappelijke taak zien: want het aandeel van mensen die in de landbouw werken, is in Centraal-Europa in de afgelopen decennia merkbaar teruggelopen, waardoor ook de directe persoonlijke contactpunten met de agrarische sector verdwenen. Dit heeft tot gevolg dat de landbouw soms alleen nog maar als subsidieontvanger wordt gezien – een beeld waartegen we met een positieve benadering willen ingaan.
Wirtschaftsforum: Uw bedrijf komt oorspronkelijk uit Oekraïne en zet zich daar ook nog steeds sterk in. Hoe hebt u de laatste twee jaar sinds de Russische inval ervaren?
Hans Karall: Onze medewerkers in Oekraïne zijn sinds twee jaar onophoudelijk blootgesteld aan de Russische agressie. We hebben gezien hoe ze toevlucht moesten zoeken in kelders en metrostations, hoe de kritieke infrastructuur ter plaatse werd vernietigd – ook een opslaggebouw van Vimeksim in een haven is beschadigd geraakt. En ondanks deze massieve oorlogsinvloeden wordt de volgende dag gerepareerd, herbouwd en doorgewerkt – deze onophoudelijke vastberadenheid van onze Oekraïense collega's en het hele land maakt me nog steeds diep onder de indruk. Natuurlijk proberen we hen hierin te ondersteunen, zo goed als we kunnen, bijvoorbeeld door mee te werken dat de Oekraïense producten hun weg naar de wereldmarkt kunnen blijven vinden. Daarnaast bouwen we op dit moment een nieuwe afvulinstallatie in het land, ook al moeten we ons met grotere projecten nog steeds inhouden, omdat dergelijke werkzaamheden de aandacht van de Russische strijdkrachten zouden kunnen trekken.